"Voor futureproof ondernemen in flex"
SLUIT MENU

De paniek slaat toe (en is volkomen onnodig)

De paniek rond het opheffen van het handhavingsmoratorium van de wet DBA is volkomen onnodig, schrijft Boris Emmerig in zijn column.

In de TV-serie “Gooische Vrouwen” vertolkt Tjitske Reidinga op hilarische wijze de rol van één pits-advocate Claire van Kampen. Claire zal geen moment wakker liggen van alle commotie rond schijnzelfstandigheid. Zij is immers een loepzuivere zzp’er. Tweede Kamerlid Thierry Aartsen (VVD) verkeert daarentegen in full panic mode.

Binnen drie werkdagen antwoord

Op verzoek van Aartsen heeft de Commissie SZW van de Tweede Kamer op vrijdag 13 december 2024 aan Eddy van Hijum (minister van Sociale Zaken) en Tjebbe van Oostenbruggen (staatssecretaris van Financiën) gevraagd om uiterlijk op woensdag 18 december 2024 (binnen drie werkdagen dus) uiteen te zetten hoe zij uitvoering gaan geven aan zijn eerdere motie over schijnzelfstandigheid. In deze motie wordt het volgende verzocht:

  • wijziging van de handhavingsstrategie om zo een zachtere landing te introduceren bij het opheffen van het handhavingsmoratorium door voorlopig, voor in ieder geval één jaar, risicogericht te gaan handhaven, met de focus op probleemgevallen zoals gedwongen zelfstandigheid, onderbetaling, evidente schijnzelfstandigen en arbeidsmigratieconstructies, door naheffingen op te leggen bij deze probleemgevallen;
  • in de overige gevallen bij de keuze van inzet van handhavingsinstrumenten, waaronder een waarschuwing vooraf, zo veel als mogelijk rekening te houden met de menselijke maat en maatwerk.

Deze motie is met 142 stemmen voor en 8 tegen aangenomen.

Antwoord al een maand daarvoor gegeven

Het antwoord op de vraag van Aartsen is al op 8 november 2024 gegeven door Van Hijum. De motie zal “worden uitgewerkt in het handhavingsplan arbeidsrelaties 2025. Dit plan wordt op de website van de Belastingdienst gepubliceerd. De Kamer zal over deze publicatie geïnformeerd worden.” Het ontgaat mij dan waarom Aartsen dan ruim een maand later opeens dat antwoord niet meer afdoende vindt. Ik denk dat hij er beter aan zou doen om het Handhavingsplan arbeidsrelaties 2025 af te wachten.

Wanneer het gaat om inzet van schijnzelfstandigen bij de overheid, kiest Aartsen voor een andere insteek. Uit zijn Kamervragen hierover blijkt dat hij zich afvraagt of het “rechtvaardig en geloofwaardig” is dat de overheid zichzelf niet aan de wet houdt terwijl andere partijen dat wel moeten doen. De vraag stellen is ‘m in dit geval ook beantwoorden.

Echter, het is het één of het ander; of iedereen houdt zich aan de wet of niemand. Niemand staat boven de wet. Alleen handhaven bij probleemgevallen of onder een uurtarief van € 34 (zoals Aartsen wil) kan niet. Overigens, ook bij “niet-probleemgevallen” of bij hogere uurtarieven kan er sprake zijn van schijnzelfstandigheid. Zie bijvoorbeeld: een medisch specialist met een maandsalaris van € 20.991.

Speaking of which, is er nog wijn? Dat zou Claire vast vragen.

Lees ook deze columns van Boris Emmerig:

Boris Emmerig is een fiscalist pur sang. Zijn specialismen liggen op het terrein van de loonbelasting, vennootschapsbelasting en fiscale procedures. Hij is verbonden aan het kantoor Holla Advocaten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *