Maandelijkse archieven: september 2025

Wat gaat de nieuwe SZW-minister Mariëlle Paul (VVD) doen met de zzp-wet?

De Wet TTA, VBAR, Zelfstandigenwet, de uitzend-CAO, het wetsvoorstel Wet meer zekerheid flexwerkers, de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen. Deze actuele arbeidsmarktdossiers liggen nu op het bureau van Mariëlle Paul, de nieuwe minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Wetten en beleidsterreinen waarover afspraken zijn gemaakt in het coalitieakkoord. Maar waarvan ook duidelijk is dat VVD en BBB daar onderling anders over denken.


Paul was in het Kabinet Schoof eerder staatssecretaris Onderwijs. Daarvoor was ze minister voor Onderwijs in Rutte IV en Kamerlid, eveneens met onderwijs als belangrijk onderdeel van haar portefeuille. Voordat ze de politiek inging, werkte Paul 30 jaar in het bedrijfsleven, onder anderen als Manager HR en Head D&I bij ABN AMRO. 


VBAR of Zelfstandigenwet? BBB wil geen van beide

Om te beginnen de wet VBAR. Vlak voor het zomerreces diende haar voorganger Van Hijum deze zzp-wet in, met daarin criteria die het inhuren van zzp’ers moeten ‘verduidelijken’. In een aangekondigd concept-AMvB (Algemene maatregel van bestuur) zouden die criteria verder worden uitgewerkt. Dat concept – met daarin mogelijk scherpe keuzes – zou nog voor de verkiezingen naar de Kamer gestuurd worden. 

Waar Van Hijum vurig voorstander was van de VBAR, nam de VVD, de partij van Paul er juist afstand van. Samen met D66, CDA en SGP kwam voormalig VVD-Kamerlid Thierry Aartsen (nu staatssecretaris) met een alternatief: de Zelfstandigenwet. 

Het is uiteindelijk aan de Kamer zelf om te bepalen of en wanneer ze de VBAR gaan behandelen. Dat gaat zeker niet voor de verkiezingen gebeuren. Daarbij is de Zelfstandigenwet nog niet ingediend. 

Saillant detail: in haar verkiezingsprogramma wijst de BBB zowel de VBAR als de Zelfstandigenwet van de VVD af. 

Dan is er de wet voor een Basisverzekering Arbeidsongeschiktheid Zelfstandigen (BAZ). Het is de planning dat die nog voor de verkiezingen naar de Kamer wordt gestuurd. Grote wens van de BBB is een sectorale uitzondering voor de agrarische sector, een wens die Van Hijum niet zag zitten.  

Wet TTA en een kritische Eerste Kamer

In de Eerste Kamer ligt verder de Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (TTA) klaar voor behandeling. Een debat daarover zal mogelijk eind september plaatsvinden. Dit zal het eerste grote debat voor Paul worden als minister van SZW. 

In dat debat zal ze coalitiegenoot de BBB tegenover zich vinden. De partij BBB heeft zich in de Eerste Kamer opgeworpen als tegenstander van de wet, die een toelatingsstelsel voor bureaus moet invoeren om zo misstanden met arbeidsmigranten tegen te gaan. 

BBB-Eerste Kamerlid Robert van Gasteren vindt de wet ‘disproportioneel en ineffectief’ en ziet meer in handhaving van bestaande regels. Hij diende tal van schriftelijke vragen in, maar de antwoorden daarop hebben hem nog niet gerustgesteld. De BBB is de grootste fractie in de Eerste Kamer. 

Van Hijum was groot pleitbezorger van de Wet TTA. Daarnaast had hij wetgeving in voorbereiding om tot een sectoraal uitzendverbod te komen, bijvoorbeeld in de vleesverwerkende industrie. De BBB wijst in haar nieuwe verkiezingsprogramma zo’n verbod juist van de hand. 

Uitzend-cao algemeen verbindend?

Tot slot ligt er in het overdrachtsdocument nog een te nemen besluit over het wel of niet algemeen verbindend verklaren van de door ABU, NBBU en LBV overeengekomen nieuwe uitzend-cao. FNV en CNV oefenen forse druk uit op de minister om dat niet te doen en willen het liefst dat de hele cao van tafel gaat.  

Geplaatst in In de wereld | Tags , , , | Laat een reactie achter

Marktoverzicht FlexNieuws TOP 100: kansen voor specialisten én kleinere generalisten

Dat blijkt uit een analyse van de meest actuele cijfers uit de interactieve versie van de FlexNieuws TOP 100. Deze is gebaseerd op de jaarlijkse FlexNieuws TOP 100 en wordt continu aangevuld met nieuwe informatie over flexbedrijven in Nederland. In die lijst staan nu overigens 140 bedrijven.

Gefragmenteerde markt

Dat de flexbranche zeer gevarieerd is blijkt uit onderstaande grafiek. Maar liefst tien verschillende type flexbureaus maken deel uit van de TOP 100. Het aandeel gespecialiseerde uitzendbureaus is het grootst. De gespecialiseerde uitzenders zijn vooral actief in de sectoren IT, techniek, logistiek en industrie.

Detacheringsbureaus vormen de op één na grootste groep. Ook detacheerders richten zich vooral op de techniek en IT, maar – anders dan gespecialiseerde uitzenders – zijn detacheerders daarnaast zeer actief in de sectoren onderwijs, semi-overheid en de zorg.

Daarnaast groeit het aantal en de omvang van multi-specialisten – een groep/concern van flexbureaus die elk hun eigen specifieke markt bedienen met een eigen (merk)naam. Denk hierbij aan bedrijven als House of HR, Home of People, House of Work en Labour Power Company.

Ook zzp-bemiddelaars en MSP’s hebben inmiddels een belangrijk aandeel in de TOP 100 ingenomen. De meeste zzp-bemiddelaars richten zich overigens op de IT. Dat de interactieve versie van de FlexNieuws TOP 100 blijkt wel uit het feit dat die het snelst groeiende type flexbureau is.


Meer doelgroepgericht

Nog altijd zijn de generalisten onder de (uitzend)bureaus het sterkst vertegenwoordigd in de flexbranche, maar flexbureaus die zich richten op specifieke doelgroepen winnen terrein. Met de techniek als veruit belangrijkste specialisatie. Uiteraard richten ook veel specialisten zich op logistiek, industrie of IT (zie grafiek hieronder).

Grote verschillen in omzetontwikkeling

Er zijn significante verschillen in omzetontwikkeling tussen de type, doelgroep en omvang van flexbureaus. Uit een analyse van de FlexNieuws TOP 100 door flexstrateeg en hoofdredacteur FlexNieuws Wim Davidse bleek dat de meeste bureaus die zich richten op een of meer specifieke doelgroepen vorig jaar beter presteerden dan gemiddeld in de markt. De techniek mag dan de belangrijkste doelgroep zijn, de omzetgroei hierin is met 5,2% zeker niet het grootst, maar ligt wel ver boven gemiddeld. Het is vooral de financiële sector die de grootste groei kende (+14,7%), gevolgd door logistiek/retail (+11,7%). De algemene conclusie die kan worden getrokken is dat specialisatie naar doelgroep loont. Want ook flexbureaus die zich specifiek richten onderwijs, zorg, IT en agro-sector groeiden meer dan gemiddeld.

Ook groei bij kleinere generieke spelers

Het sterkst vertegenwoordigd (in aantallen) in het TOP 100 marktoverzicht zijn de flexbureaus met een omzet van < 50 miljoen euro. Onder deze groep vallen de meeste zzp-bemiddelaars, detacheerders, gespecialiseerde én kleinere generieke uitzenders. Zij groeien ook sneller dan de grote, generieke uitzenders zoals Randstad, Manpower of Adecco.

Lees ook: Adecco Group nog net kleiner dan Randstad in Q2, Nederland groeit verder

Flink groeien gaat natuurlijk makkelijker als je nog relatief klein bent en al wel een basis hebt gelegd. Als je al (heel) groot bent, blijkt sterk groeien doorgaans een heel stuk ingewikkelder. En dat geldt zeker voor grote, generieke uitzendbureaus. De aanhoudende krimp in uitzenduren raakt deze volumespelers het hardst. Het is opvallend dat niet alleen de gespecialiseerde uitzendbureaus vorig jaar een flinke omzetgroei kenden (+7,3%), maar dat de kleinere, generieke uitzenders bijna net zo goed presteerden (+7%). Ook kleinere generieke bureaus kunnen dus nog steeds heel hard groeien.

Wel of niet succesvol zijn is dan ook niet alleen een kwestie van specialiseren. Of jouw flexbureau kan (door)groeien hangt ook af van het ondernemerschap en het wel of niet kunnen maken van een professionaliseringsslag. Een conclusie die Wim Davidse in zijn analyse van de FlexNieuws Top 2025 ook al trok.


De FlexNieuws TOP 100 toont een zeer divers beeld van de flexbranche. De uitgebreidere, interactieve versie van de FlexNieuws TOP 100 geeft een helder overzicht van alle type bureaus, de doelgroep en omzetklassen.

Flexbedrijven die nog niet in de lijst staan kunnen zich eenvoudig aanmelden. De markt is tenslotte veel groter dan alleen die TOP 100. Zo ontstaat een fraai marktoverzicht. En bovenal: openbaar en goed vindbaar – voor opdrachtgevers, kandidaten én nieuwe eigen medewerkers. Dáár wil je dus bij staan!

 

Geplaatst in Arbeidsmarktdata, In de wereld | Tags , | Laat een reactie achter

Wetsvoorstel flexwerk: goede bedoelingen slecht uitgewerkt

Het wetsvoorstel ‘Meer zekerheid voor flexwerkers’ beperkt de inzet van flexwerkers, maar het is de vraag of het de zekerheid voor werknemers en werkgevers vergroot en of het tot een wendbare arbeidsmarkt leidt. Dat signaleren INretail, Thuiswinkel.org, HISWA-RECRON, RND, CBL, VBW, AVN, KNS en Vakcentrum. Daarom komen de vertegenwoordigers van de retail, ambachtssector, recreatie en watersport in actie. “Onze sectoren draaien op flexibiliteit, gastvrijheid en ondernemerschap. Dit complexe wetsvoorstel voor een toekomstbestendige arbeidsmarkt kan en moet echt beter.”

Onnodig ingewikkeld

Het wetsvoorstel schrapt weliswaar een aantal contractvormen, maar maakt het niet eenvoudiger en beter werkbaar. Tot deze conclusie kwam ook het Adviescollege Toetsing regeldruk (ATR) twee jaar geleden. Het raakt jongeren en studenten direct, waarvan er veel in onze sectoren werken. Verschillende urengrenzen en onduidelijke regels over bijvoorbeeld tussenjaren maken het moeilijker om de juiste regels toe te passen. Het combineren van studeren en flexibel werken wordt echt onnodig moeilijk gemaakt. “Onder meer de ketenregeling moet soepeler” is de boodschap die aan Kamerleden van CDA, VVD, JA21 werd gericht. “We willen zekerheid voor werknemers, maar niet ten koste van werkbare regels. Dit wetsvoorstel maakt ondernemen onnodig ingewikkeld en zorgt voor fouten in de uitvoering.”

Bedrijven die niet over het jaar heen een voorspelbaar werkpatroon kennen omdat ze ook afhankelijk zijn van consumentengedrag, piekdrukte en seizoenswerk krijgen het zwaar, volgens de ondertekenaars van de petitie. Het is voor de detailhandel en recreatie normaal om tijdelijk extra personeel in te zetten afhankelijk van het seizoen (met feestdagen) of bij extra drukte met goed weer.

Vrijheid en wendbaarheid gewenst

Door het wetsvoorstel verliest een grote groep de vrijheid en flexibiliteit om zelf te kunnen bepalen wanneer ze werken. “De nieuwe generatie vraagt in toenemende mate flexibiliteit op de arbeidsmarkt. Voor deze groep is flexibiliteit dus geen probleem, maar juist een keuzevrijheid die niet ingeperkt moet worden,” vinden de ondertekenaars van de petitie. Onderzoek van SEO laat zien, dat ruim 75% van de oproepkrachten bewust geen vast contract met een vast urenaantal wil.

Meer administratieve last en regeldruk

Het wetsvoorstel in de huidige opzet leidt opnieuw tot structureel hogere administratieve lasten en extra regeldruk. Ook deze conclusie trok het Adviescollege al eerder en is een grote zorg van de brancheorganisaties. “De stapeling van regels en administratie-eisen maakt het complex en de naleving op alle onderdelen moeilijk, vooral voor kleinere ondernemers. Zonder correcte toepassing blijft er onzekerheid ook voor werknemers en dan schiet het zijn doel voorbij. Dat is niet slim en niet effectief,” luidt de conclusie.

Oproep aan de politiek

De ondertekenaars van de petitie roepen de Tweede Kamer op om te investeren in een wendbaardere arbeidsmarkt, duurzame inzetbaarheid van werknemers te stimuleren, de regeldruk te verminderen en vooral de wet duidelijker en beter toepasbaar te maken. Zij benadrukken het belang om voor zowel medewerkers als ondernemers de waarde van flexibiliteit te erkennen evenals het behoud van keuzevrijheid.

Geplaatst in In de wet, Wetten & CAO’s | Tags , , | Laat een reactie achter

Aan de slag met online platformen: build, belong of buy?

Succesvol starten en vooral ook schalen met een platform vraagt om de juiste balans. Je voegt meerwaarde toe voor de gebruiker van je platform. Bijvoorbeeld omdat je een uniek aanbod hebt, omdat je services biedt die onmisbaar zijn voor je doelgroepen, of vanwege een scherpe prijs. Belangrijke factor daarin is hoe je aan de slag gaat met het online platform. Met andere woorden: voor welke strategie je kiest. Er zijn drie opties: build, belong en buy. Maar welke route kies je? Dat is afhankelijk van je markt, de kansen die er liggen en je doelen met het online platform.

Drie routes om met een online platform te starten

  1. Build: je bouwt een eigen online platform. (Bijvoorbeeld: zoals OFED ETD AcademyYoungOnes of Werkspot).

  2. Belong: je gebruikt een bestaand online platform. (Voorbeeld: je verkoopt je producten via Bol.com of Amazon of deelt vacatures via Indeed).

  3. Buy: je koopt een bestaand softwareproduct. (Voorbeeld: je runt je webshop via Shopify of je bouwt een platform met Sharetribe).

Build: veel effort, hoog onderscheidend vermogen

Met een zelfgebouwd en dus maatwerk online platform kun je je onderscheiden. Zo’n eigen platform draagt namelijk bij aan een unieke beleving, branding en waarde van jouw organisatie. Je bouwt het platform vanaf scratch, waardoor je iedere stap zelf kunt inrichten – passend bij wat je wil uitstralen en bij de wensen van je doelgroep.

Goed om te weten als je hiervoor kiest:

  • Het duurt in de regel wat langer voor je platform operationeel is. Een eerste werkende versie heb je binnen vier tot zes weken. Maar: houd hierbij de opkomst van AI-tools, LowCode en NoCode in de gaten. Deze technologieën versnellen de ontwikkeling van maatwerk online platforms juist weer.

  • Het activeren van gebruikers kost tijd, tenzij je al klanten of gebruikers hebt.

  • Met een zelfgebouwd platform creëer je een eigen (dedicated) community en ecosysteem, én een naadloze ervaring voor gebruikers.

  • Je hebt een goede businesscase nodig: een maatwerk online platform is een investering, die zich uiteindelijk terug moet kunnen betalen.

  • Je moet als organisatie een sterke ambitie hebben om te digitaliseren. Daarvoor moet je de juiste mensen aan boord hebben (of halen).

  • Zelf bouwen zorgt voor flexibiliteit en toekomstperspectief: als het platform staat, plug je er relatief gemakkelijk aanvullende of nieuwe online diensten op in.

Belong: snel aan de slag, weinig onderscheidend vermogen

Bestaande platforms hebben vaak een groot netwerk (publiek). Neem Bol.com of Amazon: om daar producten te verkopen heb je weinig eigen marketing nodig. Potentiële klanten weten deze platformen al te vinden. Zo zijn er meer platforms. Indeed bijvoorbeeld, of Werkspot. Deze platformen hebben al een flink bereik waar je (tegen betaling) op meelift.

Goed om te weten als je kiest voor een bestaand platform:

  • Je staat je data deels af aan het platform.

  • Er is weinig tot geen ruimte om de USP’s van je organisatie uit te dragen. Je bent met je aanbod een van de velen.

  • Afnemers doen zaken met Bol.com, Amazon of Indeed en niet met jouw organisatie. Daardoor is er nauwelijks binding met jouw merk of bedrijf.

  • Daartegenover staat dat een bestaand online platform een groot publiek heeft, dat je in één klap bereikt.

  • Een bestaand platform is een goede omgeving om te testen of er überhaupt behoefte is aan je producten of diensten. Haal je daar genoeg volume? Dan kun je eventueel de overstap maken naar een buy of build strategie.

Buy: een eigen platform, maar minder flexibel

Een tussenvorm van belong en build is buy. In dit geval koop je bestaande platformsoftware: dat vraagt om een investering. Maar de investering is minder groot dan wanneer je een maatwerkplatform bouwt. Bovendien ben je snel operationeel. Software als Shopify, Sharetribe en Yaper, een platform voor de HR-markt, zijn erop ingericht dat je makkelijk en snel zelf aan de slag kunt.

Goed om te weten als je kiest voor bestaande software:

  • What you buy, is what you get. Je moet het doen met de software die je koopt. Dat betekent: je organisatie en workflows aanpassen op de mal van het bestaande platform.

  • Er is weinig ruimte om de USP’s van je organisatie uit te dragen. Stel jezelf dus de vraag: hoe onderscheidend wil je zijn ten opzichte van concurrenten?

  • Met deze strategie zet je in op snelheid: je kunt snel aan de slag met je platform.

Geen zwart-wit keuze

Dit artikel geeft inzicht in de verschillende platformstrategieën, en afwegingen voor je keuze. Heb je een sterke businesscase en wil je je onderscheiden? Dan bouw je je eigen platform. Wil je snel aan de slag en is dat onderscheidende karakter minder belangrijk? Dan maak je gebruik van een bestaand platform. Wil je wél een eigen platform, en gebruik je standaardwerkprocessen? Dan volstaat bestaande platformsoftware misschien al wel.

Maar dit is nog niet het hele verhaal. Want de keuze voor build, belong of buy is niet zwart-wit. In de praktijk is het meestal een combinatie van meerdere oplossingen (‘Best of Breed’). Neem als voorbeeld energieleverancier Energiek. Deze start-up koppelt verschillende tools als puzzelstukken aan elkaar, denk aan: Trustpilot, Ecedo, Freshdesk, Gridhub, Twikey en Payt. Ze selecteren wat past bij hun business en creëren daar bovenop een maatwerkoplossing.

Welke grijstinten zijn er nog meer tussen build, belong en buy? Stel: je hebt een plan met hoog onderscheidend vermogen. Door te starten met een platform gebaseerd op bestaande software, bouw je alvast een community gebruikers op. Mooie bijkomstigheid: met zo’n bestaand softwarepakket kun je met relatief weinig effort testen of je idee potentie heeft. Gaat het vliegen? Dan stap je achter de schermen over op een build-oplossing waaraan je maatwerk services toevoegt.

Of: je werkt aan een eigen webshop, maar verkoopt je producten eerst via Bol.com om in the picture te komen bij potentiële kopers en verkopers. Het bouwen van een maatwerk-oplossing bovenop een bestaand platform is ook een optie. Al kleven daar wel risico’s aan. Neem als voorbeeld een partij die een service bovenop Airbnb ontwikkelde voor het uitwisselen van sleutels en de schoonmaak. Slim, maar het maakte hen tegelijkertijd erg afhankelijk van een bestaand platform. Airbnb zag het niet zitten en zette een deel van de API dicht. Daardoor stond deze partij in één klap buiten spel.

Het ontwikkelen van een succesvol platform gaat vaak in fases. De keuze voor de best passende strategie (of een combinatie van strategieën) is een belangrijke eerste stap.

Geplaatst in In de cloud, Tooling | Tags , | Laat een reactie achter

ABU marktmonitor: omzetgroei zet weer door

In periode 8, van 14 juli tot en met 8 augustus 2025, daalde het aantal uren met 4% en de omzet nam toe met 2% in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar.

Ook in periode 5 nam de omzet toe, met 5%. Dit was de eerste keer omzetgroei in de ABU Marktmonitor sinds eind 2023. In periode 6 zette de omzetgroei door met 2%.

De ontwikkelingen per sector zijn als volgt:

  • Administratieve sector: Het aantal uren daalde met 16% en de omzet is gedaald met 6% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar.
  • Industriële sector: Het aantal uren daalde met 1% en de omzet nam toe met 3% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar.
  • Technische sector: Het aantal uren daalde met 9% en de omzet daalde met 4% in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar.
Aantal uitzenduren (Bron: ABU-marktmonitor)
Totale omzet (Bron: ABU-marktmonitor)

 

De volgende ABU-marktmonitor verschijnt op dinsdag 30 september 2025.

Lees meer: 

Geplaatst in Arbeidsmarktdata, In de wereld | Tags , | Laat een reactie achter