"Voor futureproof ondernemen in flex"
SLUIT MENU

Kamer van Koophandel: groei van aantal zzp’ers in Nederland vertraagt in 2024

Uit nieuwe cijfers blijkt: het aantal zzp’ers groeit nog steeds. Maar ook blijkt dat het aantal stoppers toeneemt en de hoeveelheid starters ten opzichte van vorig jaar lager is. Dat blijkt uit een analyse van ZiPconomy van actuele cijfers van de KVK.

In 2024 is het aantal zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) opnieuw gestegen. Op 31 december 2024 stonden er 1.775.363 zzp’ers ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Dat zijn er 55.215 meer dan eind 2023. Dit betreft zowel zelfstandigen voor wie het zzp-schap het hoofdinkomen vormt als degenen die dit als bijverdienste doen.

De groei is wel 44 procent lager dan in 2023. Toen kwamen er nog 98.000 zzp’ers bij, terwijl 2021 met een recordaantal 125.000 als piekjaar werd genoteerd.

Minder starters, meer stoppers

De afname van de groei in 2024 is te verklaren door zowel een daling in het aantal starters als een toename van het aantal stoppers. Het aantal nieuwe zzp’ers bedroeg in het afgelopen jaar 206.000. Dat is een daling van 9 procent ten opzichte van 2023. Een op de acht van de nu ingeschreven zzp’ers is dus nog minder dan een jaar zelfstandige.

Tegelijkertijd stopten 151.000 zelfstandigen, een stijging van 18 procent ten opzichte van 2023. De KVK heeft geen zicht op wat deze groep doet na het stopzetten van het ondernemerschap. Naast ‘met pensioen gaan’ is (teruggaan naar) een dienstverband de meest voorkomende stap, zo blijkt uit cijfers van het CBS.

Het aantal stoppers neemt al sinds 2021 toe. Dat het aantal starters in 2024 lager ligt dan in het jaar daarvoor, zagen we niet eerder.

Sectorale verschillen

Hoewel ook de bouw in 2024 nog steeds een groei van het aantal zzp’ers noteert (2 procent), is de groeisnelheid daar wel stevig aan het afnemen. Tussen 2020 en 2024 groeide het aantal zzp’ers in de bouw nog met 43 procent. Dit wordt deels verklaard door een forse stijging van het aantal stoppers (46 procent meer dan in 2023) en een daling van het aantal starters (-16 procent). Bouwvakkers krijgen steeds vaker banen in loondienst aangeboden, een deel gaat daar blijkbaar op in.

De zorgsector laat een vergelijkbare ontwikkeling zien, met 17 procent minder starters en 26 procent meer stoppers. Ook in sectoren zoals logistiek, persoonlijke dienstverlening en de horeca was sprake van een stijging in het aantal stoppers en een afname in het aantal starters.

Mogelijke invloed van handhaving

De laatste maanden van 2024 laten geen significant ander beeld zien dan de maanden ervoor. Ondanks dat de aangekondigde handhaving op schijnzelfstandigheid per 1 januari 2025 ongetwijfeld een impact heeft, is die verandering vooralsnog beperkt zichtbaar. Dat komt ook doordat veel zzp’ers zich pas uitschrijven uit het Handelsregister als ze langere tijd zonder opdrachten zitten of definitief overstappen naar loondienst. Opvallend is dat sectoren zoals de detailhandel, die niet direct geraakt worden door de handhaving, ook een stijging van het aantal stoppers laten zien.

Het handhavingseffect zal er duidelijk zijn. Al zie je ook bij detailhandel een toename van het aantal stoppers terwijl die sector niets met handhaving te maken heeft.

Belangrijk voorbehoud ten aanzien het effect van handhaving: als een zzp’er mogelijk nu zonder opdracht zit omdat er tijdelijk een lagere vraag naar zzp is en/of zelfs (tijdelijk) een baan hebben aanvaard, dan zal zo’n persoon zich waarschijnlijk niet direct uitschrijven uit het handelsregister. Mocht de handhaving als effect hebben dat flink wat zzp overstappen naar een loondienst, dan is dat pas later echt terug te zien in deze cijfers.

Redactie van Flexnieuws - interviews, artikelen, aankondigingen en persberichten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *