Annet Maseland 19 mei 2025 0 reacties Print Wetsvoorstel voor meer zekerheid flexwerkers naar Tweede KamerDe nieuwe flexwet is vandaag ingediend bij de Tweede Kamer. De bedoeling is dat vast en flex naar elkaar toegroeien. Voor de uitzendbranche bevat de wet enkele ingrijpende maatregelen.Minister Van Hijum (SZW) heeft het voorstel voor de Wet meer zekerheid flexwerkers ingediend bij de Tweede Kamer. Samen met enkele andere wetsvoorstellen vormt dit een hervorming van de Nederlandse arbeidsmarkt die moet zorgen voor meer zekerheid voor werknemers en meer wendbaarheid voor ondernemers. De nieuwe flexwet bevat enkele maatregelen die ingrijpen op de uitzendbranche, naast bepalingen over oproepcontracten en tijdelijke contracten. Gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden Zo legt de wet vast dat uitzendkrachten recht hebben op gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden als reguliere werknemers. De ruimte voor afwijking bij cao wordt beperkt. Afwijken mag alleen nog via de uitzend-cao als het totaal van deze arbeidsvoorwaarden ten minste gelijkwaardig is. Dat gaat verder dan de inlenersbeloning zoals die nu in de uitzend-cao is opgenomen. Essentiële arbeidsvoorwaarden, zoals loon en overige vergoedingen, kunnen niet worden uitgeruild tegen andere arbeidsvoorwaarden. Dat roept de vraag op wat wordt verstaan onder essentiële arbeidsvoorwaarden. In de rechtspraak is het begrip essentieel ruim uitgelegd door zowel de Hoge Raad als het Europese Hof. Vrijwel de meeste arbeidsvoorwaarden vallen hieronder; dus ook zaken als een fitnessabonnement, rouwverlof en klimaatbudget. De grote vraag volgens de ABU is: hoe blijft het uitvoerbaar? Jeroen Brouwer porogrammamanager CAO, zei daarover: “Bij de cao-onderhandelingen hebben we ingewikkelde discussies met de vakbonden over wat we nu precies verstaan onder ‘gelijkwaardig’ en hoe we daaraan invulling kunnen geven.” Draaideurconstructies In de huidige wet mag je na drie tijdelijke contracten zes maanden geen tijdelijk contract geven. Om draaideurconstructies te voorkomen, gaat deze termijn (de “tussenpoos”) in de nieuwe wet naar vijf jaar. Dit geldt ook voor de fases bij uitzenden. De mogelijkheid om bij cao af te wijken van de duur bij opvolgend werkgeverschap wordt geschrapt. Wel gelden uitzonderingen onder voorwaarden voor studenten (tussenpoos blijft 6 maanden) en voor seizoenswerk (mogelijkheid tot inkorten tussenpoos tot 3 maanden blijft). Ook het uitzendregime verandert. Fase A wordt wettelijk teruggebracht naar 52 gewerkte weken en fase B naar twee jaar. Niet langer mag je bij cao afwijkende afspraken daarover maken. Na drie jaar krijgt een uitzendkracht dus een contract voor onbepaalde tijd. De uitzend-cao is daar grotendeels al mee in overeenstemming. Oproepcontracten De oproepcontracten worden zo goed als afgeschaft. Nul-urencontracten mogen niet meer, minmax-contracten worden vervangen door basiscontracten met een minimumaantal uren en een beperkte bandbreedte (30%). Ofwel: van de werknemer mag je een beperkte beschikbaarheid verwachten. Jaaruren-normen blijven nog wel mogelijk. Om een waterbedeffect te voorkomen, moeten werkgevers binnen het jaarurencontract per kwartaal een bepaalde mate van roosterzekerheid en niet-beschikbaarheid overeenkomen. Integrale aanpak van arbeidsmarkt mist De minister dient de wet in ondanks een negatief advies van de Raad van State. Deze mist een fundamentele hervorming van de arbeidsmarkt. “Zo wordt het vaste contract niet aangepast en ontbreken samenhangende hervormingen op aanverwante terreinen als de sociale zekerheid en de fiscaliteit.” Ook vraagt de RvS zich af het basiscontract met z’n geringe bandbreedte voor werkgevers voorziet in de behoefte aan flexibele arbeid. Een omvangrijke groep arbeidsrechtsadvocaten en -specialisten verenigd in de LabourLawUnited (LLU). https://www.zipconomy.nl/2023/09/wet-meer-zekerheid-flexwerkers-stuit-op-kritiek-arbeidsrechtexperts/ waarschuwden voor het bekende waterbedeffect als zzp-wetgeving niet gelijktijdig wordt ingevoerd. “Het wetsvoorstel behandelt voornamelijk ‘flex minder flex’ in de arbeidsovereenkomst. De zzp-vraagstukken en het vergroten van wendbaarheid en regeling werknemers tweede ziektejaar maken geen onderdeel uit van dit wetsvoorstel.” LLU herhaalt de oproep voor een integrale aanpak van de arbeidsmarkt, zoals ook bepleit door de Commissie Borstlap en in het SER MLT-advies. Inwerkingtreding Als na de Tweede Kamer ook de Eerste Kamer instemt treedt de wet per 1 januari 2027 in werking. Het onderdeel gelijke beloning voor uitzendkrachten kan al een jaar eerder in werking treden, op 1 januari 2026. Lees ook: Zo bereid je je voor op de nieuwe inlenersbeloning Raad van State geeft negatief advies over Flexwet Meer uitleg en artikelen over dit wetsvoorstel Van Hijum, Wet Meer zekerheid flexwerkers Print Over de auteur Over Annet Maseland Annet Maseland is redacteur bij Flexnieuws. Bekijk alle berichten van Annet Maseland