Lagere premies Werkhervattingskas in 2025 mogelijk aanleiding voor nieuw rekenwerk eigenrisicodragers

Het UWV heeft de nota ‘Gedifferentieerde premies WGA en Ziektewet’ gepubliceerd. Daarin staat een toelichting op de vastgestelde premies, een belangrijk onderdeel van de kostprijs van uitzendarbeid. 

Daling premie Werkhervattingskas

De premie Werkhervattingskas bestaat uit twee elementen, de WGA en de ZW-flex. Voor de uitzendsector (sector 52) wordt dat:  

• De premie voor WGA stijgt: van 2,42% naar 2,68%. 
• De premie voor ZW-flex daalt: van 4,13% naar 3,23%. 

Per saldo kunnen kleine werkgevers (met een loonsom van € 990.000 of minder) dus een daling van 0,64%-punt verwachten. Dat is de grootste daling van alle sectoren. 

De maximale premie voor de ZW-flex daalt: van 7,22% naar 5,65%.

Impact CAO

De daling wordt vooral veroorzaakt door wijzigingen in de CAO. Vanaf 1 juli 2023 is niet langer mogelijk om bij ziekte het uitzendbeding te gebruiken om de uitzendovereenkomst te beëindigen. In plaats daarvan hebben uitzendkrachten recht op loondoorbetaling tot de einddatum die in de uitzendovereenkomst is vastgelegd. 

Deze cao-wijziging zorgt er volgens het UWV voor dat vanaf 2023 de uitkeringslasten in de sector Uitzendbedrijven dalen. Sterker ook dan het gemiddeld werkgeversrisico bij bedrijven in de overige sectoren. 

Payrollers

Voor de (kleine) payrollers (sector 45) geldt:  

• De WGA-premie blijft ongewijzigd: 0,56%. 
• De ZW flex-premie stijgt: van 0,31% naar 0,45%. 

Eigenrisicodrager, of niet

Het UWV heeft dit jaar de nota voor het eerst al in juli uitgebracht. Voorheen was dat september. Dat geeft de werkgever meer tijd om te beslissen of deze wil starten of stoppen als eigenrisicodrager. 

Met de premiewijzer van het UWV (zie hier) kan een werkgever – die nog geen eigenrisicodrager is – berekenen wat in het komende jaar zijn premie wordt voor de WGA of de ZW.  

De daling van de premies kan ook voor wie nu wel eigenrisicodrager is aanleiding zijn om die keuze te heroverwegen.