"Voor futureproof ondernemen in flex"
SLUIT MENU

Herstel ABU Marktmonitor stagneert in het derde kwartaal weer overtuigend

Het wordt eentonig: in het derde kwartaal zijn de uren van de ABU Marktmonitor nauwelijks minder gedaald dan in het eerste en tweede kwartaal. Omdat de tariefstijgingen net zo hoog bleef als in het tweede kwartaal, is de omzet nu weer wat minder gekrompen. En nog steeds geen zicht op het einde van deze enorm lange pauze.

Van slakkengang tot verslechtering en dramatisch

Na de ABU-cijfers over periode 10 kan de uitzend-balans van het derde kwartaal worden opgemaakt. Het totale aantal uitzenduren in de ABU Marktmonitor is in het derde kwartaal gekrompen met -7,7% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. In het tweede kwartaal was die krimp nog -8,6% en in het eerste -8,7%. Dat beeld van vastzitten verdwijnt als we inzoomen op de drie beroepsgroepen. De verschillen daartussen waren al enorm en zijn zelfs groter geworden: de Indu-uren gaan met een slakkengang richting stabilisatie, de Tech-uren krimpen dit jaar elk kwartaal juist wat harder, en de Admin-uren, tja, die krimp blijft behoorlijk dramatisch.

Vanwaar die stevige “ondergrondse” verschillen?

Luwte, schaarste of overstapaanmoediging

Het langzaam naar de oppervlakte zwemmen van de Indu-uren is heel goed te verklaren met de ontwikkeling van de handel binnen de Eurozone (Euro Area, EA in de grafiek hieronder). Onze industrie is sterk afhankelijk van de export, en die gaat voor driekwart naar landen binnen Europa – en die handelen duidelijk nog niet heel opgewonden. Datzelfde geldt dus ook voor de inkoopmanagers en de producenten: de indicatoren die hun vertrouwen tonen (de Purchase Managers Index, PMI, respectievelijk het producentenvertrouwen) zitten nog steeds onder water.

De inkoopmanagersindex stond in het voorjaar even boven water, maar zakte toch weer terug naar de andere variabelen. Wat dit allemaal heeft betekend voor de groei van onze economie (het bruto binnenlands product, BBP) vernemen we medio november.

De Tech-uren hebben enerzijds te maken met de economische traagheid van de afgelopen kwartalen. Anderzijds hebben werkgevers in de industrie, in de bouw, in de installatie en andere sectoren waar technici werken al jaren te maken met schaarste van goede kandidaten, ook nu, met die vastzittende economie. Dat heeft tot gevolg dat zij geschikte kandidaten liever aan zich willen binden in plaats van ze in te huren. Die ontwikkeling was de afgelopen decennia telkens zichtbaar bij een hoogconjunctuur, maar nu dus zelfs bij een laagconjunctuur. Ook gaan steeds meer technici werken als gedetacheerde of (nog vaker) zzp’en; op een krappe arbeidsmarkt is dat voor technici erg aantrekkelijk. Krapte leidt al met al tot druk op de uitzenduren in Tech.

Bij de Admin uren is de verklaring totaal anders. Werk waar voorheen uitzendkrachten voor werden ingehuurd, met name op lager niveau, verdwijnt door digitalisering en offshoring. De toenemende mogelijkheden van robotic process automation (RPA) en kunstmatige intelligentie (AI) en de Global Capability Centres in India en dergelijke zetten dit type uitzendwerk al jaren onder druk. Bij het UWV staat de functie van Administratief medewerker dan ook al een paar jaar te boek als Overstapberoep.

Waarom nog steeds stevige tariefstijgingen?

De totale omzet in de ABU Marktmonitor kromp met -1,3% ten opzichte van het derde kwartaal van vorig jaar. Dat impliceert dus: nog steeds een flinke stijging van het gemiddelde uurtarief van +6,9%. Het gemiddelde Indu-uurtarief werd +7,2% hoger, het gemiddelde Tech-uurtarief ook en het gemiddelde Admin-uurtarief liefst +10,2%. Hierbij vallen in ieder geval twee dingen op:

  • Hoe kan de totale uurtariefstijging lager zijn dan alle samenstellende delen? Dat heeft te maken met de niet-gepubliceerde Medic-uren en -omzet – daar was de tariefstijging aanzienlijk kleiner;
  • Hoe kan het Admin-uurtarief zo sterk stijgen, terwijl die uren zo duidelijk veel minder populair worden? Dat is mogelijk een gevolg van het relatief snel wegvallen van de goedkoopste Admin-uren.

Hoe houdbaar zijn de sterke tariefstijgingen? Eerst leverde de enorme inflatie van 2022 een enorme duwkracht, daarna de sterke stijging van het WML en nu zijn de cao-stijgingen via de inlenersbeloning dat.

Verwachtingen voor het vierde kwartaal en verder

De sinds de zomer van 2024 nieuw afgesloten cao’s maken duidelijk dat de loonstijgingen in de loop van 2025 wat lager kunnen worden. Tegelijk heeft het FNV “beloofd” in 2025 met een looneis van +7% te komen. Als dan ook de economie weer voorzichtig gaat aantrekken, lijkt er geen einde te komen aan de gemiddelde ABU-uurtariefstijgingen.

Voorlopig sukkelt de economie een beetje door. De arbeidsmarkt staat daarom in pauzestand, maar is nog wel steeds krap. Het volume in de ABU Marktmonitor zal in het vierde kwartaal weer een heel klein stapje zetten. Sowieso is een omslag naar urengroei vanwege de krapte niet waarschijnlijk.

Wim Davidse is director Trends & Insights bij ZiPmedia en toekomstverteller en strategisch prestatie-adviseur.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *