Tom Reijner 14 oktober 2024 0 reacties Print ‘CSRD is voor uitzenders en detacheerders een enorm complex vraagstuk’Met de wet VBAR en de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering komen er allerlei maatregelen aan die nadelig lijken uit te pakken voor veel zzp’ers, maar wel eens positieve gevolgen kunnen hebben voor de flexbranche. Dat voorziet Han Mesters, sector banker zakelijke dienstverlening bij ABN Amro. Wat betreft de duurzaamheidsrapportageverplichting CSRD, die de komende jaren een grote impact zal hebben, is er meer spanning. “CSRD is voor uitzenders en detacheerders een enorm complex vraagstuk.”Al is op moment van gesprek in het hoofdkantoor van ABN Amro nog niet helemaal duidelijk wat er staat te gebeuren rond Prinsjesdag en het al dan niet uitgebreide regeerakkoord, een ding staat voor Han Mesters als een paal boven water. En dat betreft het onaantrekkelijk maken van het zzp-schap. “Ja, je voelt het aan dat het kabinet de ambitie heeft om zzp’ers terug te dringen. Dat gaan er echt niet meer worden. The writing is on the wall”. Waterbed-effect Voor uitzender en detacheerders kan daarentegen het balletje wel eens de goede kant oprollen, aldus Mes- ters, die ruim 25 jaar werkzaam is bij de ABN Amro, onder meer als beleggingsanalist en de laatste jaren als sector banker Zakelijke dienstverlening. In die functie biedt hij ondernemingen inzicht in (geopolitieke) trends en ontwikkelingen die van belang kunnen zijn voor hun winstgevendheid. “Flex en zzp zijn eigenlijk twee communicerende vaten. De wetgeving voor de flexbranche was goed geregeld, maar voor de zzp’ers bleef dat flink achter. Dus trokken veel mensen uit die branche naar het zzp-schap. Nu dat onaantrekkelijker wordt, zullen weer veel zzp’ers richting de detacheerders en de uitzenders trekken.” Lees ook dit verslag van het FlexNieuws-event bij ABN Amro: wie weet de werkende voor zich te winnen? Een soort omgekeerd waterbed-effect, volgens Mesters. “De toegangbarrières om zzp’er te worden, worden groter. En dus zie je dat de pool van uitzenders en detacheerders in omvang toeneemt.” Het gevolg van beleid waarbij is gekozen om beide “markten” niet meteen gelijk te trekken. Tegelijkertijd zie je, zegt Mesters, dat uitzenders dichter naar detacheerders toekruipen: “Jurrien Koops, directeur van de ABU, spreekt nu van seek en peak ?, maar dan specifiek. Dan zit je in de uitzendbranche al heel dicht tegen de onderkant van detacheren aan.” Verandering van onderop De overheid wil flexibel werk dus onaantrekkelijker maken, om zo een gelijk speelveld te creëren en de sociale welvaartsstaat intact te houden. Maar dat is een wat ouderwets uitgangspunt, signaleert Mesters. Het past simpelweg niet bij de maatschappelijke tendens. “Wat me opvalt, is dat de maatschappelijke behoefte naar meer flexibiliteit, vooral ook onder de jongere generatie, niet synchroon loopt met wat er in de politiek gebeurt.” Het lijkt er volgens hem op alsof politici en bestuurders die deel uitmaken van de huidige coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB niet helemaal in de gaten hebben wat er speelt. “Kijk, je kan met allerlei wetten komen die het zzp-schap aan banden leggen, maar daarmee veronachtzaam je de beweging die van onderop al lang is ontstaan.” In de flexibele schil zitten heel veel hoogwaardige kenniswerkers, voor wie de constructie en contractvormen helemaal niet uitmaken, aldus Mesters. “Denk aan IT’ers en financieel specialisten. Die kunnen vragen wat ze willen in deze arbeidsmarkt van schaarste. Zij gaan nu richting detacheerders.” Die flexibiliteit uit zich ook op de werkvloer, ook diegene die ergens is gedetacheerd. Daar moet je wel wat mee: wie niet investeert in menselijk kapitaal (human capital) zal zien dat talenten sneller vertrekken. “De jonge generatie kijkt verder dan hun neus lang is. Ze willen flexibiliteit op de werkvloer, een goede werk-vrije- tijdsverhouding, talentontwikkeling en sneller klimmen op de salarisschaal. Bovendien vinden ze inclusiviteit, duurzaamheid en andere ethische waarden belangrijker dan ooit.” De impact van CSRD Die duurzaamheidsverplichting zal de komende jaren worden verankerd in allerlei wet-en regelgeving. Neem de CSRD, de Corporate Sustainability Reporting Directive, de duurzaamheidsrapportageverplichting vanuit de Europese Unie, die deel uitmaakt van het bredere ESG-concept. Vanaf 1 januari dit jaar zijn de eerste grote – beursgenoteerde bedrijven aan de beurt, en een jaar later, op de eerste dag van 2025 ook alle andere grote organisaties. Bijvoorbeeld wanneer je meer dan 250 werknemers in dienst hebt. Het jaar erop volgt het midden- en kleinbedrijf. The noose is tightening, zegt Mesters en hij maakt daarbij illustratief het gebaar van een denkbeeldig strak aangespannen strop. “Ik laat dat tijdens presentaties ook altijd zien: je komt er gewoon niet meer mee weg als je er te weinig mee doet. Zowel op CSRD-gebied als investeren in menselijk kapitaal, feitelijk de ‘S’ binnen ESG.” Ook flex- en detacheringsbedrijven zullen eraan moeten geloven. En dat is, vanwege de toeleveringsketen en vaak veel diverse activiteiten, nogal een complexe opgave, weet Mesters. Hij laat ondernemingen zien waarom het zo belangrijk is om aan deze CSRD-verplichtingen te voldoen en wat de uitdagingen zijn. “Dat is niet altijd even eenvoudig in deze branche,” herhaalt hij. Je bent namelijk ook verantwoordelijk voor wat er gebeurt in je toeleveringsketen. “Dat daar geen corruptie optreedt bijvoorbeeld. En dat ook die bedrijven hun emissies goed rapporteren in hun jaarverslagen.” Mesters geeft een voorbeeld: “Als jij als het grote Schiphol gebruikmaakt van uitzenders die jouw bagage-af- handelaars geven, moet je ook kijken naar hoe die mensen daar worden behandeld. Als er misstanden zijn, heb je als Schiphol zelf ook een probleem. De verstrekker van bagage-afhandelaars zelf weet dat het binnen de keten ook verantwoordelijkheden heeft op CSRD-gebied. Zo snijdt het mes aan twee kanten.” Het komt erop neer dat als bedrijven, uitzender en detacheerders en opdrachtgevers zich onvoldoende rekenschap geven van zaken als ESG en CSRD en goed opdracht/werkgeverschap dat ten koste kan gaan van hun winstgevendheid. Aan de andere kant: wie hier wel zorgvuldig mee omgaat, zal uiteindelijk financieel voordeel halen, denkt Mesters. Hij laat bedrijven in de keten van bijvoorbeeld Randstad zien hoe die immense organisatie inmiddels met een andere bril kijkt naar deze netwerkpartners. “Eerder werd hierbij vooral gekeken naar geld: hoeveel kost dit nou eigenlijk. Nu, onder de CSRD, zijn er heel andere waarden in het spel. Niet meer primair de macht van, laten we zeggen, de inkoop alleen, maar ook: hebben ze het transport van hun mensen op orde? En hoeveel ongelukken vinden er plaats?” Mesters vervolgt: “Als de toeleveringsketen dus op deze nieuwe werkelijkheid inspeelt, kunnen ze er flink geld mee verdienen. Dan blijven ze aantrekkelijk voor de grote spelers als Randstad. Die daar natuurlijk ook weer van profiteert. En klanten kijken ook in toenemende mate met een ESG-bril: willen we nog wel zakendoen met dit bedrijf?” Kortom, als je het niet goed doet, prijs je jezelf uit de markt Maar hoe weet je dan of het werkelijk gebeurt? Met andere woorden: is voldoen aan ESG en CSRD ook niet vaak een papieren tijger? Zo van: ik heb alle boxjes aangetikt, nu kan ik met een gerust hart verder. “Ja, dat is een goede vraag,” zegt Mesters. “Je moet zeker scherp zijn op window dressing. Of green washing, zoals dat ook wel wordt genoemd.” Maar bij nalatigheid staan er potentieel wel sancties tegenover. “Het is echt keiharde compliance. Als je er niet aan voldoet, krijg je een boete. Ook als het in een later stadium allemaal niet waar blijkt te zijn. Dat is de stok achter de deur voor bedrijven.” Dit artikel komt uit het ZiPmedia-rapport Ondernemen in een kantelende wereld van werk. Wil je deze helemaal lezen? Kijk dan hier compliance, ESG, uitzenders Print Over de auteur Over Tom Reijner Bekijk alle berichten van Tom Reijner