CNV: Meer investering nodig in banen mbo’ers

“Het kabinet moet meer investeren om jongeren en volwassenen op mbo-niveau aan het werk te helpen.”

Dat stelt CNV Voorzitter Maurice Limmen op 22 oktober in reactie op de visiebrief van minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Jet Bussemaker over de toekomst van het mbo. Daarin erkent ze dat banen onder druk staan en vooral het middensegment in de arbeidsmarkt kwetsbaar is. “Het gaat dan om een grote groep mensen met bijvoorbeeld als hoogst behaalde opleiding een havo- of vwo-diploma, een mbo-diploma op niveau twee, drie of vier.”

Limmen: “Wij zien ook dat zij steeds moeilijker aan de slag komen. Als dat zo doorgaat dan kunnen werknemers op het mbo-niveau zich zoveel om- en bijscholen als ze willen. Maar zij kopen er niets voor als er gewoonweg geen banen zijn.” De CNV Voorzitter pleit daarom voor meer investeringen in de economie en innovatie, om de werkgelegenheid te stimuleren. “Op die manier komen er ook kansen voor werknemers in het middensegment.”

Individueel ontwikkelingsbudget
Verder pleit het CNV voor invoering van een individueel ontwikkelingsbudget. Limmen: “Dat kan je meenemen van werkgever naar werkgever en daaruit scholing of loopbaanbegeleiding betalen.” Het CNV steunt de plannen van de minister om het voor volwassenen mogelijk te maken om delen van mbo-opleidingen te kunnen volgen in het kader van Leven Lang Leren. “We denken graag constructief mee aan verdere plannen om het mbo snel te laten inspelen op ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in de maatschappij”, aldus Limmen.

Het CNV heeft donderdag 22 oktober een brief gestuurd naar minister Bussemaker. De Tweede Kamer praat op 11 november met haar over het mbo. In het studiejaar 2014-2015 studeren ruim 492.000 studenten in het mbo. Van de ruim zeven miljoen werknemers in Nederland heeft bijna de helft, ruim drie miljoen, een mbo-opleiding.

Bron: CNV, 22 oktober 2015