"Voor futureproof ondernemen in flex"
SLUIT MENU

Inlenersaansprakelijkheid surseance en VAR gewijzigd

6 juli 2010

De demissionaire minister van Financiën heeft Leidraad Invordering 2008 gewijzigd, onder meer door de invoering van de schriftelijkheidseis bij de melding van betalingsonmacht en naar aanleiding van een toezegging aan de Tweede Kamer over VAR-verklaringen.

Een aantal beleidsbesluiten wordt ingetrokken. Voor zover nodig wordt het goedkeurende beleid dat in die besluiten staat in de leidraad opgenomen.

Matiging van de aansprakelijkheid
De wijzigingen in de artikelen 34.8.2 en 35.9 van de Leidraad leggen expliciet vast dat voor een matiging van de aansprakelijkheid bij toepassing van het anoniementarief vereist is dat inleners tijdig, dat wil zeggen ten tijde van de tewerkstelling, een goede administratie met betrekking tot ingeleende werknemers voeren en dat hiervan geen sprake is indien inleners achteraf gegevens bijeen brengen (Artikel I, onderdelen K en L).

Aansprakelijkstelling
Als een opdrachtgever een opdracht heeft verstrekt aan een opdrachtnemer die ten onrechte over een VAR-wuo of VAR-row beschikt – maar op grond van de juiste feiten over een VAR-dga had moeten beschikken – en die opdrachtgever te goeder trouw op die ten onrechte afgegeven verklaring is afgegaan, blijft aansprakelijkstelling achterwege.

Surseance en inlenersaansprakelijkheid
Zodra de ontvanger bekend is met een surseanceverlening, verzoekt hij de bewindvoerder schriftelijk of hij – binnen een door de ontvanger te stellen termijn – schriftelijk wil instemmen met de vestiging van een pandrecht op de saldi op de g-rekening die ontstaan vanaf de datum van surseanceverlening.

Als de bewindvoerder instemming weigert, dan zegt de ontvanger de g-rekening onmiddellijk op.

De ontvanger zal de hoogte van de aansprakelijkstelling niet matigen als blijkt dat de inlener de voor de matiging vereiste gegevens niet heeft geadministreerd ten tijde van de uitvoering van de werkzaamheden door de ingeleende arbeidskrachten. Als mocht blijken dat het in de administratie van de inlener opgenomen BSN/sofinummer van de werknemer onjuist is, zal de inlener in de gelegenheid worden gesteld alsnog het juiste BSN/sofinummer te overleggen.

Bron: minfin, 29 juni 2010

Redactie van Flexnieuws - interviews, artikelen, aankondigingen en persberichten.